Kort gezegd, zijn buitengewone opsporingsambtenaren (BOA’s) belast met de opsporing en handhaving van strafbare feiten in het publieke domein. Mogen BOA’s tijdens de uitvoering van hun dienst in uniform hun tatoeages zichtbaar hebben?
Onlangs heeft de rechtbank Rotterdam hierover een uitspraak gedaan. In deze zaak ging het om BOA’s die belast zijn met de opsporing van strafbare feiten binnen het domein openbaar vervoer. De werkgever hanteert een tatoeagebeleid. Dit beleid houdt in dat het deze werknemers verboden is hun tatoeages zichtbaar te hebben tijdens de uitvoering van hun dienst in uniform.
De rechtbank stelde vast dat een werkgever regels mag stellen aan tatoeages (of aan lichaamsversieringen in het algemeen), maar dat hieraan wel grenzen zitten. Deze voorschriften mogen bijvoorbeeld niet in strijd zijn met het goed werkgeverschap, de redelijkheid en de billijkheid en/of de fundamentele grondrechten van de werknemer. Of een dergelijk tatoeagebeleid deze grenzen overschrijdt, moet beoordeeld worden aan de hand van alle omstandigheden van het geval, aldus de rechtbank.
In dit geval was de rechtbank van oordeel dat het tatoeagebeleid van deze werkgever de hiervoor genoemde grenzen niet overschrijdt. De werkgever heeft uitgelegd dat haar BOA’s een bijzondere positie hebben doordat zij beschikken over politiebevoegdheden en geweldsmiddelen. Dit vereist een neutrale en professionele uitstraling. De reiziger hoeft slechts de BOA te zien, een medewerker met bepaalde bevoegdheden voor het geval het mis gaat, iemand met autoriteit waartoe de reiziger zich zonder reserves kan wenden. De โmens achter de BOAโย is in de relatie BOA – reiziger niet van (doorslaggevend) belang en hoeft door de reiziger dus niet gezien te worden. De rechtbank stelde verder vast dat een tatoeage de persoon van de BOA laat zien – een gekozen tatoeage is immers gebaseerd op persoonlijke voorkeuren, waarden of achtergronden van de BOA – en daarom is het niet onredelijk dat de werkgever de medewerker vraagt zijn tatoeage bij zijn dienst in uniform te bedekken. In de praktijk zal dit over het algemeen slechts neerkomen op een lange mouw, een extra knoopje dicht of een pleister. Volgens de rechtbank tast dit niet de vrijheid van een medewerker een tatoeage te zetten en in zijn privรฉtijd te tonen dan ook niet wezenlijk aan. Gelet op de omstandigheden van het geval mag een werkgever haar BOA’s verbieden om tijdens de werkzaamheden in uniform hun tatoeages zichtbaar te dragen.